The Stack
De ontwikkeling Aan het IJ, ten noorden van het centrum van Amsterdam, belichaamt de balans tussen individualiteit en gemeenschap. Binnen het masterplan van Geurst & Schulze uit 2003 viert The Stack het stedelijk wonen in een nieuwe buurt. Aan het IJ biedt een woonomgeving voor mensen die zowel stedelijke levendigheid als momenten van rust zoeken.
Het ontwerp richt zich op het minimaliseren van herhaling. KAAN Architecten onderzocht twee belangrijke elementen om diversiteit in appartementen te bereiken: verschillende buitenruimtes en een variëteit aan woningindelingen. Het resultaat zijn 120 onderscheidende, ruime appartementen die zijn ondergebracht in twee villa's, verbonden door een dek met gemeenschappelijke tuin.
Het masterplan gebruikte woningen en woonhotels uit de jaren 1930 als referentie, om een plan te ontwikkelen met gemeenschappelijke voorzieningen waar woon- en werkfuncties konden worden afgewisseld. Het groene karakter domineert de sfeer van de wijk en de plaatsing van de gebouwen vormt openbare stedelijke ruimten en gemeenschappelijke binnenruimten. Aan het IJ biedt een nieuw soort woon- en werkomgeving binnen Amsterdam met een rustige stedelijke identiteit.
De buurt is opgezet als een parkachtig grid met gelijkmatig verdeelde gebouwen, bestaande uit wegen, straten en paden. Soms creëert de afwezigheid van een gebouw open ruimte. De structuur lijkt het stratenpatroon van het voormalige industriegebied en de 'Van der Pek buurt' aan de andere kant van het Buiksloterkanaal samen te smelten. Het keert de formele stad met statige gebouwen en onzichtbare gepersonaliseerde binnenhoven om in een informele buurt zonder voor- of achterkanten met toegankelijke gebouwen en expressieve gepersonaliseerde balkons. KAAN Architecten neemt deze uitgangspunten mee in "The Stack" als ontwerpuitgangspunt.
Bij The Stack bevat de architecturale enveloppe kwaliteiten als 'sprankelend', 'premium' en 'flair'. Dit behoeft een verfijnde aanpak die rigiditeit vermijdt ten gunste van flexibiliteit. Architectuur dient hier als middel voor persoonlijke expressie. Het project richt zich op de relatie van het individu met de stad door de relatie tussen buurt en thuis te benadrukken. Met dat als belangrijkste kenmerken van het masterplan, omvat het sierlijk gevormde gebouwen die een panoramisch uitzicht en een royaal gevoel van ruimte bieden. De architectuur bevat getrapte configuraties en langgerekte balkons om elegantie en speelsheid toe te voegen aan het landschap. De versprongen gevellijn geeft uitdrukking aan individualiteit en vormt een aanvulling op de gebouwschil. De indeling van de appartementen is gericht op het maximaliseren van natuurlijk licht en het vangen van de zon met strategisch georiënteerde woningen. De algemene indruk van de verspringende terrassen en balkons is levendig en uitnodigend.
Voor deze specifieke locatie schreef het stedenbouwkundig plan twee kleinere gescheiden gebouwen voor met een gemeenschappelijke tuin ertussen. Het oostelijke gebouw, met zeven verdiepingen, heeft zijn ingang langs de Spadinalaan en het westelijke gebouw heeft acht verdiepingen langs de Sausolitolaan, waardoor beide villa's een duidelijk adres hebben. De met natuursteen beklede ingangen leiden naar de centrale kern met duidelijk zichtbare trappen. Op de begane grond geeft de ingang ook toegang tot de gemeenschappelijke tuin die tussen meer privéterrassen ligt.
Beide gebouwen hebben een vergelijkbare indeling met een bepaalde mate aan standaardisatie, maar de afwisselende gevelcontouren zorgen voor verschillende vloertypes en appartementen. De kleinere appartementen bevinden zich op de onderste verdiepingen, terwijl de grotere appartementen zich op de bovenste verdiepingen bevinden. De afmetingen variëren van 49m2 tot 105m2 voor appartementen in beide gebouwen. Het oostelijke gebouw heeft een extra verdieping met twee penthouses van ongeveer 160m2 en weids uitzicht over de buurt. Deze extra verdieping speelt subtiel in op de centrale positionering tussen twee buurtparkjes. De gebouwinstallaties van beide gebouwen zijn opgenomen in het volume waardoor het daklandschap vrij blijft van technische componenten behalve de zonnepanelen.
Hoewel ze totaal verschillend zijn, delen beide blokken een coherente visuele identiteit. Lichtgrijs beton is het verbindende element voor de gevelpanelen, balkonplaten en balustrades. Het gebruik van hetzelfde kleurenpalet voor de metalen balustrades bij de open delen draagt bij aan de continuïteit en verfijning van het complex. De aandacht voor detail strekt zich uit tot de verbindingen tussen betonnen elementen, waar het in elkaar grijpen zorgt voor structurele integriteit en visuele eenheid. Zorgvuldige overweging van voegafmetingen en uitlijning voorkomt fragmentatie en behoudt de samenhang van het ontwerp. Binnen dit betonnen canvas voegen lichtbronzen raamkozijnen verfijning en subtiele kleurnuances toe die de architectonische compositie versterken. Dit wordt weerspiegeld in de ingangen met grijze en beige natuursteen, aansluitend bij de algemene esthetiek van Aan het IJ.
In essentie overstijgt Aan het IJ de traditionele opvattingen over stadsplanning en creëert het een dynamische en inclusieve gemeenschap waar de schaal van de stad samenkomt met de individuele ervaring om een werkelijk unieke identiteit te vormen. Het is precies deze kwaliteit die is samengevat in de Stack, een bewijs van KAAN Architecten' toewijding aan contextueel ontwerp.
Oplevering | 2024 |
Opdrachtgever | Amvest, Amsterdam |
Bouwkunding aannemer | Kondor Wessels, Amsterdam |
Fotograaf | Sebastian van Damme |